Slachtoffers van de bombardementen in 1944

N.a.v. onze tentoonstelling over de vliegtuigcrashes wilden we ook enkele Bierbekenaars eren, die slachtoffer werden van de bombardementen op Leuven in 1944.

Wat geschiedenis

Tijdens het voorjaar van 1944 werden vooral spoorwegknooppunten en depots van spoorwegmateriaal door de geallieerde luchtmacht aangevallen om het vervoer van Duits militair materieel te verstoren. Dit gebeurde als voorbereiding op de geplande landing in Normandië. Hierbij werd ook het spoorwegknooppunt Leuven niet gespaard: op woensdag 26 april, omstreeks 20 u voerden een dozijn lichte bommenwerpers een duikvlucht uit op het station van Leuven. Bij deze aanval die slechts tien minuten duurde ontploften er bommen in het vormingsstation, in de omgeving en soms ver daarbuiten. De arbeiderswijk vlakbij werd zwaar getroffen.

Rosalia Van Veeckhoven

Op 1 mei 1944 omstreeks 19 u vond een tweede aanval plaats gedurende ongeveer acht minuten. Hierdoor was het station een tijdje onbruikbaar. De bommen vielen binnen een straal van 200 meter rond het station waardoor de schade in de wijken aanzienlijk was. In de stad werd een strook van 100 à 150 meter platgelegd, tussen de Justus Lipsiusstraat, over de Maria-Theresiastraat en de Bondgenotenlaan tot voorbij de Diestsestraat. Allen door de lading van éénzelfde bommenwerper.

Hier stierven 10 burgers waaronder een vrouw uit Lovenjoel: Rosalia Vanveeckhoven, herbergierster, 49 jaar oud, wonende Tiensesteenweg 44, echtgenote van Hackelbracht Guilielmus.

Eduard Vansteenwegen en zijn zonen

Er stierven ook drie mensen uit hetzelfde gezin, dat afkomstig was uit Bierbeek maar in de Krakenstraat in Leuven woonde. Eduard(us) Vansteenwegen, geboren op 8 september 1907 op het gehucht Mollendaal was gehuwd met Maria Sabine Stillaert, en zij kregen vijf kinderen.

Vader Eduard en twee van zijn kinderen stierven in het bombardement van vrijdag 12 mei 1944. Vader was op het moment van het bombardement niet thuis. Bij zijn aankomst ging de familie naar de schuilkelder in de nabijgelegen Heilige Geestcollege, op de Collegeberg. Daar ze als één der laatsten arriveerden, moesten ze noodgedwongen plaatsnemen vooraan in de schuilkelder. Toen viel de noodlottige bom. Eén der jongens werd gedood doordat een dikke waterleidingbuis sprong. De sterke waterstroom werd de jongen fataal. De rest van de familie kwam in de krater van de bom terecht. De moeder en de dochter werden levend onder de aarde uit gehaald en terstond naar het ziekenhuis gebracht. Vader Eduard Vansteenwegen, 36 jaar oud en zijn twee zonen Jules (7 jaar) en Roger (6 jaar) overleefden de klap niet.

Anna-Maria Julia Deroost

Ook Lovenjoel werd niet gespaard: op 21 mei 1944, net voor de middag, voerden geallieerde vliegtuigen een raid uit op een treinstel in het station van Lovenjoel. Anna-Maria Julia Deroost, 33 jaar oud, echtgenote van Guillaume Michaux, die in de Statiestraat nr. 23 woonde, werd door een rondvliegende kogel dodelijk getroffen. Ze overleed in de tuin van het huis Statiestraat nr.30.

DE TERREUR VAN DE V-1 en V-2

De tragedie van Seldeslachts

De familie Seldeslachts zijn van origine van Korbeek-Lo. Jacobus (roepnaam Jules) Seldeslachts, geboren in Korbeek-lo op 27 juli 1891, woonde in Ekeren, Zuster Nathaliestraat 1. Hij was de echtgenoot van Paula De Dyn, zijn tweede vrouw. Jules was actief in de vlasindustrie in de Antwerpse haven, in de functie van natiebaas. Op 20 januari werd Jacobus Seldeslachts het slachtoffer van een aanval van V-bommen op de Antwerpse haven. Hij kwam om het leven bij een inslag van een V2 op zaterdag 20 januari 1945, dok nr. 28 om 14.25 u. Die dag vielen daar 20 doden en 12 gewonden.

Wij vermelden hierbij graag dat Jules Seldeslachts tijdens de Eerste Wereldoorlog zijn broer Louis Remi verloor, deze sneuvelde in september 1914 in het fort van Wandre (Luik).

Marc Bracke